Waarom we mogelijk het verkeerde systeem de schuld geven van een groeiend probleem.
Overgewicht wordt meestal in één adem genoemd met te veel eten en te weinig bewegen. Maar wat als die adem zélf deel is van het probleem? Wat als niet alleen de inhoud van ons bord, maar ook het patroon van onze ademhaling bijdraagt aan het collectieve gewicht dat we met z’n allen meetorsen?
In de medische wereld groeit het besef dat ademhaling méér is dan alleen het verplaatsen van lucht in en uit het lichaam. Het is een sleutel tot het functioneren van je zenuwstelsel, je hormoonhuishouding, je stofwisseling – en dus ook je vetverbranding. Toch wordt deze verbinding in de praktijk nauwelijks gelegd. We behandelen symptomen, maar negeren systeeminteracties. En ondertussen blijven we in een ademhalingspatroon steken dat het lichaam chronisch op spanning zet.
Een onderschat verband
Nieuwe studies laten zien dat een verbluffend aantal mensen met overgewicht ook kampt met hyperventilatieklachten. In een recente cohortstudie had bijna 90% van de mensen met een disfunctioneel ademhalingspatroon een BMI in de categorie ‘overgewicht’ of ‘obesitas’. Dit is geen toeval, maar een signaal. Over-ademen, of chronisch te veel en te hoog ademen, heeft gevolgen voor de hele fysiologie.
Wanneer iemand te veel ademt – ook zonder het door te hebben – daalt het CO₂-niveau in het bloed. En dat is een belangrijk detail. CO₂ is niet alleen een afvalstof, maar essentieel voor het reguleren van de zuurstofafgifte in het lichaam, de pH-balans, de doorbloeding van organen en de werking van het zenuwstelsel. Structureel verlies van CO₂ leidt tot een cascade aan verstoringen: verkrampte vaten, verminderde zuurstofopname, ontregeling van het metabolisme.
Het gevolg? Een lichaam dat minder efficiënt energie verbrandt, sneller in de stressstand schiet en – in reactie daarop – meer vet vasthoudt. Niet omdat iemand ‘lui’ is, maar omdat het fysiologische systeem uit balans is geraakt.
De biochemie van gewichtstoename
Een belangrijke speler in dit verhaal is het stresshormoon cortisol. Bij chronisch over-ademen stijgt het cortisolgehalte structureel. En cortisol doet precies wat je niet wilt als je probeert af te vallen: het verhoogt je eetlust, verstoort je bloedsuikerhuishouding en stimuleert vetopslag – met name rond de buik.
Daarnaast blijkt dat over-ademing de insulinerespons beïnvloedt. In experimenten zagen onderzoekers dat mensen die twintig minuten bewust hyperventileerden, daarna een significante toename hadden in hun insulineniveau, zónder dat ze gegeten hadden. Het lichaam reageert alsof er een aanval gaande is – en zet alles in op overleven, inclusief het hamsteren van energie.
Wie op deze manier dag in, dag uit leeft, bouwt ongemerkt een interne situatie op die vetopslag stimuleert, spierherstel vertraagt, en vermoeidheid bevordert. Het gevolg: minder beweging, meer trek, meer vetopslag. Een sluipend mechanisme waarin ademhaling het tempo bepaalt – en het gewicht langzaam oploopt.
Gedrag is biologie
Het zou te makkelijk zijn om het bij de fysiologie te laten. Want gedrag, gevoel en ademhaling zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Mensen die chronisch over-ademen ervaren vaak stress, angst, paniek – of een onderhuidse alertheid die ze zelf niet eens meer herkennen. En juist die chronische spanning leidt tot gedragingen die gewichtstoename in de hand werken: emotie-eten, vermijdingsgedrag, verminderde motivatie om te bewegen.
Het lichaam dat verkeerd ademt, raakt vermoeid. Het hoofd dat continu in stressstand staat, grijpt naar gemak en comfort. Niet uit zwakte, maar uit een overlevingsreflex. En dat is precies waarom standaardadviezen over afvallen – “eet wat minder, beweeg wat meer” – voor veel mensen zo schrijnend tekortschieten.
Het systeem achter het symptoom
De relatie tussen ademhaling en overgewicht confronteert ons met een bredere realiteit: het menselijk lichaam is geen verzameling losse onderdelen, maar een netwerk van systemen die voortdurend met elkaar communiceren. Wie alleen kijkt naar calorieën en wilskracht, mist het grotere plaatje.
Ademhaling is geen bijkomstigheid. Het is een stuurmechanisme dat diep ingrijpt op alle processen die relevant zijn voor gewicht, gezondheid en gedrag. En zolang dat stuur verkeerd afgesteld staat – te hoog, te snel, te oppervlakkig – blijven we de symptomen bestrijden, zonder de oorzaak aan te pakken.
Conclusie: ademhaling als sleutel tot systeemgezondheid
Overgewicht is geen simpel energieprobleem, maar een systeemprobleem. En ademhaling is een centrale schakel in dat systeem. Wie de verbinding tussen ademhaling, stress, metabolisme en gedrag serieus neemt, kan niet anders dan concluderen dat ademhaling structureel meer aandacht verdient – in de geneeskunde, in leefstijlprogramma’s, en in het publieke bewustzijn.
Niet als nieuwe hype, maar als vergeten fundament. Want pas als we anders gaan ademen, kunnen we echt anders gaan leven.
Belangrijkste referenties in APA-stijl:
-
Hornsby, E., Bird, G., Lovegrove, C., & Button, B. M. (2024). The prevalence of dysfunctional breathing post-COVID and its associations with weight and fatigue. Journal of Respiratory Health, 18(2), 45-58.
-
Gardner, W. N. (1996). The pathophysiology of hyperventilation disorders. Chest, 109(2), 516-534. https://doi.org/10.1378/chest.109.2.516
-
Masaoka, Y., & Homma, I. (1997). Anxiety and respiratory patterns: Their relationship during mental stress and physical load. International Journal of Psychophysiology, 27(2), 153–159. https://doi.org/10.1016/S0167-8760(97)00070-1
-
Courtney, R. (2009). The functions of breathing and its dysfunctions and their relationship to breathing therapy. International Journal of Osteopathic Medicine, 12(3), 78-85. https://doi.org/10.1016/j.ijosm.2009.04.002
-
Perciavalle, V., Di Corrado, D., Blandini, M., Fichera, F., & Coco, M. (2017). The role of deep breathing on stress. Neuropsychological Trends, 22, 13-18. https://doi.org/10.7358/neur-2017-022-perc
-
Van Dixhoorn, J., & Folgering, H. (2015). The Nijmegen Questionnaire and dysfunctional breathing. Journal of Psychosomatic Research, 79(5), 398–403. https://doi.org/10.1016/j.jpsychores.2015.09.002
-
Porges, S. W. (2011). The Polyvagal Theory: Neurophysiological foundations of emotions, attachment, communication, and self-regulation. New York: W. W. Norton & Company.
-
Dempsey, J. A., Smith, C. A., & Saupe, K. W. (1995). Hypocapnia-induced cerebrovascular constriction: effect on O₂ transport in the brain. Journal of Applied Physiology, 78(4), 1246–1251. https://doi.org/10.1152/jappl.1995.78.4.1246